Computerstrijd
Anna- Krista Blom is de moeder van Mitza en Bart. Ze vindt het moeilijk dat haar kinderen altijd willen computeren . ”En ik wil niet altijd degene zijn die het spel bederft.” Maar ze krijgt hulp, als ze de kinderen bij haar dilemma betrekt.
Het is woensdagavond en we zitten met z’n vieren aan het avondeten. Ik zeg dat papa ze na het eten naar bed brengt, omdat ik naar de “grote mensenschool” ga. Mijn kinderen vragen, zoals altijd, wat ik daar ga doen? Ik vertel dat we met elkaar bespreken wat iedereen moeilijk vindt om te doen, dus ook ik. Zoals vaker heb ik het, in de drukte van alledag niet voorbereid, maar ik los het ter plekke op. “Wellicht kunnen jullie mij helpen en mij vertellen wat ik moeilijk vind? is mijn vraag.
Dat doen ze graag.
Mitza steekt van wal.
“Jij vindt tijd moeilijk en vooral als je ergens op tijd moet zijn.”
“Ja,’’ beaamt Bart, ‘’en jij vindt dat wij altijd willen computeren moeilijk”.
Ze hebben beide gelijk, dat zijn inderdaad zaken die ik moeilijk vind. Vooral het omgaan met al die uren voor schermpjes vind ik lastig. Enerzijds vanuit de insteek dat ik het fijn vind om interactie met elkaar te hebben. Anderzijds wil ik graag dat mijn kinderen ook andere zaken ontwikkelen en leuk vinden: lekker buiten spelen, knutselen, lezen, fantasiespelletjes, noem maar op.
Het is en blijft in mijn leven een strijd. “Mam, mag ik de i-pad, televisie kijken, playstation of computeren?”. Hoe ga je daar als ouder mee om als je niet constant degene wilt zijn die het spel wilt bederven. Hoe leg ik die verantwoordelijkheid nu bij henzelf?
Met een schermpjes-strippenkaart, zoals Peter mijn partner op een avond voorstelt. En de kinderen vinden het geweldig. Mijn kinderen hebben inmiddels beiden een bon met 7 uur schermpjestijd per week, vrij te besteden. Ze mogen dus, als ze dat willen, op één dag 7 uur achter elkaar achter een schermpje zitten. Dat betekent wel dat ze in de rest van de week ‘klaar’ zijn.
En wat geeft dat een lol, die verantwoordelijkheid. Opeens denken mijn kinderen na over wat ze echt graag willen zien op televisie. Of komen ze met oplossingen als ‘Wanneer ik vandaag na school naar de BSO ga, dan spaar ik mijn uur van vandaag op voor het weekend’. En er wordt ook op creatieve wijze een grens opgezocht. “Mama geldt informatie opzoeken voor mijn spreekbeurt ook onder schermpjestijd? En als ik nou minder dan 7 uur gebruik in de week mag ik dat dan volgende week gebruiken?”
Met trots leggen ze ‘ons systeem’ aan vriendjes uit. “Kijk Daan, dit zijn mijn schermpjesuren, dus we kunnen nu we samen achter de computer maar niet langer dan een half uurtje anders is mijn tijd op.’’ Na een half uurtje gaat braaf de computer uit, zonder dat ik iets zeg en zitten ze vervolgens samen te schaken.
Eindelijk zie ik ook het voordeel in van tijd!
Anne-Krista Blom, Praktijk Natuurlijk Anders.